Mijn zusje en de zee – Donatella Di Pietrantonio

Volgens Lily

Soms lees je een boek dat je gewoon omver blaast. Mijn zusje en deze zee van Donatella Di Pietrantonio is zo’n boek. Het verhaal is mooi, maar hoe het geschreven is, is nog veel mooier. Op een gegeven moment zat ik twee verhaallijnen tegelijkertijd te lezen. Zo ingenieus vervlochten dat het niet één keer ingewikkeld werd. Grote klasse van deze schrijfster.

Ik keek naar Piero en naar de eenzaamheid van zijn voetsporen. Het lukte me niet een begin te achterhalen van wat ons overkwam. Ik had alle tekenen uitgewist, een hele reeks lieve afwijzingen en lichte irritaties genegeerd.

Het Italiaanse origineel heet Borg Sud. Het boek speelt in deze wijk in de plaats Pescara aan de kust van Italië. Van het begin af aan is het onduidelijk waarom de kinderen niet bij hun ouders zijn opgegroeid. En waarom ze zo’n moelijke band met hun ouders hebben. Maar gaandeweg het verhaal wordt dat duidelijker.

Met mijn zusje deelde ik een erfenis van onuitgesproken woorden, nagelaten gebaren, geweigerde zorg. En van zeldzame, onverwachte attenties. We waren dochters zonder moeder. We zijn nog steeds, net als toen, twee van huis weggelopen kinderen.

Het verhaal gaat over twee zussen, de een heet Adriana, maar hoe de vertelster van het verhaal heet wordt niet duidelijk. Hoewel ze elkaar soms jaren niet zien, hebben ze een band die ze altijd weer bij elkaar brengt. Een fantastisch boek dat je, zeker als liefhebber van Italiaanse auteurs zoals ik, moet lezen. Een aanrader!

Ik denk dat het jaloezie was dat ik me ergerde aan de vertrouwelijkheid tussen die twee, het vrijuit met elkaar praten, elkaar zo na zijn. Mijn zusje had me ingeruild voor nieuwe genegenheid.

Fragment

In de Viale Regina Margherita ging ik zo langzaam mogelijk rijden. Adriana keek verstrooid naar buiten, met gefronst voorhoofd, de foto van onze broer op haar schoot. Ik moest nu snel met haar praten, thuis zouden we Piero en het kind aantreffen en dan zou ze me helemaal niks meer vertellen.
‘Weet je dan tenminste wanneer Rafael terugkomt?’ vroeg ik voorzichtig.
Ze schudde geërgerd van nee.
‘Als je me vertelt wat er is gebeurd, kan ik je misschien helpen.’
Ze schoof weg, leunde met heel haar lichaam tegen het portier, alsof ze er schoon genoeg van had. Ze snoof en mompelde iets in zichzelf. Toen boog ze zich plotseling naar me over, haar neus bijna tegen me aan.
‘Je wilt me helpen? Hoeveel geld heb je? Rafael zit tot over zijn oren in de schulden, als je het zo graag wilt weten,’ en ze draaide zich weer van me af, met haar armen over elkaar.
Ik zweeg, overrompeld door deze onverwachte uitval.
‘Blijf je met zo’n slakkengangetje doorrijden? Misschien moet je neefje eten,’ schreeuwde ze ineens. Haar woede vibreerde door de hele auto.

Titel: Mijn zusje en de zee
Schrijver: Donatella Di Pietrantonio
Uitgever: Signatuur
Advertentie

Een vriendschap – Silvia Avallone

Volgens Lily

Op zoek naar een cadeautje zag ik dit boek liggen bij de boekhandel. Kocht het en deed het cadeau. Toen ik het bij de bieb zag liggen had ik zelf eigenlijk ook heel veel zin om het te lezen. Met een week in een strandhuisje in het verschiet nam ik het mee. Een vriendschap van de Italiaanse schrijfster Silvia Avellone is een heerlijk boek om in één ruk uit te lezen, een ware pageturner.

Beatrice keek me woedend aan: ‘Wij zijn geen vriendinnen meer.’ Ik stond perplex. ‘Kies maar: of we gaan die brief op zijn bankje leggen of ik zweer je dat ik nooit meer tegen je praat, dan ga ik weer op mijn oude plek zitten en dan word jij weer het pispaaltje.’ Daar was ze dan, de bitch.

Een vriendschap gaat over twee meisjes die elkaar leren kennen als ze veertien zijn, in een stadje aan de kust van Toscane. Nadat ze samen een spijkerbroek hebben gestolen, ontstaat er een vriendschap die onverbreekbaar blijkt. Maar niets is minder waar. De een verliest zich in boeken en gedichten terwijl de ander het internet ontdekt en er van droomt influencer te worden (nog voordat het woord bestond overigens). En dit leidt meerdere keren tot enorme fricties.

Ze verstopte haar kilo’s onder wijde vesten en spijkerbroeken, ze droeg alleen sneakers. Er zouden ik weet niet hoeveel mensen zijn die het maar wat leuk zouden vinden om haar in die toestand te zien, maar in tegenstelling tot beelden kennen woorden medelijden en gêne.

Het is leuk om te lezen hoe zeer Avallone de schrijfster Elsa Morante bewondert. (Lees mijn blog over Het eiland van Arturo elders op de site.)

‘Lees allemaal Het eiland van Arturo,’ zeg ik altijd tegen mijn leerlingen. ‘Naarmate de toekomst vordert wordt er alleen maar steeds meer weggenomen; er komt niets bij, alleen maar nostalgie.’

Een vriendschap is een zalig boek! Na dit boek dacht ik nog meer van Avallone te gaan lezen en begon met Staal. Dat boek is tien jaar oud en heeft destijds meerdere prijzen gewonnen. Maar na een paar hoofdstukken vond ik het zo op Een vriendschap lijken, dat ik het heb weggelegd. Wat natuurlijk niets over de kwaliteit van Staal zegt…

Fragment

Het is ongelooflijk, nu ik eraan terugdenk, hoe die twee elkaar meteen vonden.
Nu nog krijgt mijn vader er nooit genoeg van om het internet op te gaan om de successen van Beatrice te volgen. En dat snap ik wel: hij is er medeplichtig aan. Maar hij begint ook iedere keer weer over haar als ik hem bel, en dat ergert me. We wonen ver van elkaar, we hebben allerlei belangrijke kwesties te bespreken aan de telefoon – zijn gezondheid bijvoorbeeld – maar hij komt altijd weer bij haar uit, bij Beatrice. Dat ze gisteren in Tokyo was, vandaag in Londen. Dan verlies ik mijn geduld, we krijgen ruzie, ik moet hem erop wijzen dat dit kutreisjes van haar me geen zak interesseren, dat we geen vriendinnen meer zijn, ik verwijt hem dat hij vroeger een en al lezingen, kritieken en verdieping was, terwijl hij nu helemaal wordt verblind door glamour. Maar goed, laat ik rustig blijven en verder vertellen over die dag.
Toen ik de deur opendeed en mijn vader met de boodschappentassen in zijn handen naar binnen keek, zag hij Bea met haar haren door de war, haar rok achterstevoren, twee meter been gehuld in dunne netkousen, en misschien was hij erdoor geschokt, of misschien verrast. Hartelijk loog hij tegen haar: ‘Elisa heeft me veel over je verteld, welkom.’
‘Hallo,’ antwoordde ze hem koket, ‘weet u dat ik zeer geïnteresseerd ben in computers? Zou u me een cursus willen geven?’
‘Wanneer je maar wil!’ Mijn vader hield triomfantelijk de tassen omhoog. ‘En hier is de proviand, meisjes!’
Ik denk dat het een kwestie van instinct was: daar is Bea altijd rijkelijk van voorzien geweest, en mijn vader ook. Zij leefden in de toekomst, ze waren niet bang voor verandering. Terwijl ik, met mijn gedichtenbundels en mijn dagboek met slotje, me op mijn veertiende al had verstopt. Achter woorden, achter papier. Ik bleef achter, bevreesd en argwanend, door een spleet naar hen glurend. Dat was mijn lot.

Andere boeken van Silvia Avallone
Titel: Een vriendschap
Schrijver: Silvia Avallone
Uitgever: De Bezige Bij

Jij mag alles zijn – Griet Op de Beeck

Volgens Lily

Naast volwassenenliteratuur schrijft Griet Op de Beeck ook boeken voor jeugd. Jij mag alles zeggen is het boek dat ze schreef toen ze last had van een writers block. Het gaat over Lexi, die 9 jaar oud is en ooit een broertje had. Alleen leeft haar broertje niet meer en daar is haar moeder letterlijk ziek van geworden.

‘Ik kan me Amos niet herinneren,’ zegt Lexi, ‘zelfs niet als ik het heel hard probeer.’

Het is ontroerend om te lezen wat Lexi allemaal verzint om haar moeder weer aan het lachen te krijgen. Want dat deed ze vroeger, dat heeft ze gezien op foto’s. En wat ze allemaal doet gaat heel ver. Het bijzondere is dat je het hele verhaal in het hoofd van Lexi zit. Hoe zij de wereld ziet is mooi beschreven. In korte zinnen, goed te begrijpen.

Lexy weet niet wat ze moet zeggen. Ze durft niet te bewegen. Ze kijkt mama met grote ogen aan. Maar die staat daar maar te staan, schokkend, huilend. Dit zijn geen blije tranen, die zien er anders uit. Lexi haalt haar handen uit haar zakken. Ze weet zich geen houding te geven. Ze voelt zich kabouterklein nu. Ze heeft het weer verpest. Zij doet het nooit eens goed. Niet voor mama.

Lexi doet er alles aan om het haar ouders naar de zin te maken. Soms hartverscheurend om te lezen. Het boek is geïllustreerd met tekeningen van Linde Faas wat het een prachtige uitgave maakt.

Tante Arizona heeft niet alleen cornflakes gekocht, maar ook hummus. Speciaal voor Lexi, want zelf lust ze dat niet. Dat is lief van haar. Nu durft Lexi niks anders meer op haar toast te smeren. Terwijl ze eigenlijk vooral van afwisseling houdt.

Lees dit boek van een kind dat nog niet bedorven is door de wereld van volwassenen. Puur en mooi. Een aanrader!

Fragment

Lexi hoort de deur dichtslaan. Daar is papa. Ze zet het vuur onder het water voor de spaghetti op de hoogste stand. Papa komt binnen.
‘Wat gebeurt er hier allemaal?’
‘Ik maak pasta voor mama. En voor jou, natuurlijk.’
‘Echt waar? Kan jij dat?’
Lexi knikt. Ze is ook wel een beetje trots.
‘Ongelooflijk. Wat een voorbeeldige dochter hebben wij toch,’ zegt papa. Hij geeft haar een aai over haar haar en kijk in de pot. ‘Ruikt lekker zeg. Als het even lekker smaakt, mag jij vanaf nu elke dag koken.’
Heel even krijgt Lexi het benauwd, maar dan ziet ze dat papa grijnst. Hij maakt een grapje.
‘Is mama weer boven gebleven?’
Als papa die vraagt stelt, hoort ze altijd iets in zijn stem. Een toon, waarvan Lexi wou dat ze wist wat die precies betekende. Maar positief is het zeker niet. Misschien moet ze hem het rode boek eerst laten lezen, als mama toch bezig is met andere dingen.
‘Alleen maar na de middag,’ zegt Lexi zachtjes. ‘Ze heeft ook in de fauteuil gezeten, en ze is in de tuin geweest. Lexi probeert het zo vrolijk mogelijk te laten klinken.

Griet Op de Beeck
Titel: Jij mag alles zijn
Schrijver: Griet Op de Beeck
Uitgever: Prometeus

Aquarium – David Vann

Volgens Lily

Eerst las ik Aquarium van David Vann en toen Zomervacht van Jaap Robben. Twee boeken geschreven vanuit de jeugdige hoofdpersoon: in Aquarium is dat de twaalfjarige Caitlin, in Zomervacht is dat de dertienjarige Brian. Beide hoofdpersonen hebben een traumatische jeugd. Caitlin woont samen met haar moeder, die haar geld verdient als havenarbeider, in een klein huis vlak bij het vliegveld van Seattle. Iedere dag bezoekt ze na school het lokale aquarium, terwijl ze wacht tot haar moeder haar ophaalt. Daar ontmoet ze een oude man, die haar liefde voor de vissen lijkt te delen.

De weg heette de Alaskan Way, maar naar Alaska gingen we nooit.

Wanneer je leest, voelen de passages die gaan over de tijd dat ze met de oude man in het aquarium doorbrengt ongemakkelijk. Wat is die man van plan? Dan komt er gaandeweg een duister familiegeheim aan de oppervlakte. Geweldig beschreven door Vann.

Met een moeder kan alles. Ouders zijn goden. Ze scheppen ons en vernietigen ons. Ze vervormen de wereld en herscheppen die in hun eigen vorm, en daarna kennen we alleen nog maar die wereld. Verder bestaat er niets. We kunnen niet meer zien hoe het anders zou kunnen zijn geweest.

David Vann schrijft zo dat, hoe gruwelijk de situatie ook is, je sympathie kunt opbrengen voor alle personages in het verhaal. Voor Caitlin, maar ook voor haar beschadigde moeder. Omdat het verhaal beschreven wordt vanuit een kind blijft het zonder oordelen. Prachtig.

Het begon toen Steve het idee kreeg om een kerstboom om te gaan hakken. Hij had moeten weten dat dat mijn moeder te ver ging. Ze wilde niet dat mijn grootvader een gelukkige kerst met zijn familie had.

Reden om zeker nog eens iets van David Vann te gaan lezen, bijvoorbeeld Goat Mountain.

Fragment

Mijn moeder was moe die avond. Ze ging op de bank liggen en ik kroop tegen haar aan en we keken tv, voornamelijk reclamespots. Weer in ons aquarium, op eigen terrein dat we net zo makkelijk terugvonden als vissen. In ons aquarium hadden we maar vier verstopplekken: de bank, het bed, de tafel en de badkamer. Als op die vier plekken zocht, vond je ons altijd. De kale witte muren waren blauw van het licht van de tv, net zoals glas. Een plafond zat vast boven ons, zodat we er niet uit konden springen en ontsnappen. Het geluid van een filter en een draaiende pomp, het verwarmingssysteem dat ons op de goede temperatuur hield.

David Vann
Titel: Aquarium
Schrijver: David Vann
Uitgever: De bezige bij

ADAM – Wanda Reisel

Volgens Lily

Lezen met een leeskoffer van de bibliotheek houdt in dat je voorafgaand aan het leesseizoen twintig titels kiest waar de de bieb er dan vijf van uitkiest die je gedurende de maanden die komen gaan in je leeskoffer krijgt. ADAM van Wanda Reisel was zo’n keuze. Het leek een leuk boek voor een leesclub, dus. Nog niet eerder las ik iets van Reisel. Ik ken haar voornamelijk van haar vriendschap met Herman Koch waar ze enige jaren geleden samen een boek over schreven: Of heb ik het verzonnen (brieven, 2017).

Het ging hem niet om het geld, rijkdom was niet zijn drijfveer. Het was de vrijheid die hij nastreefde met het geld om eindelijk zijn ware zelf de ruimte te geven.

ADAM gaat over hoofdpersoon Adam Landau uit A’dam die een graai doet uit enkele goede doelen potten en met zijn buit probeert te verdwijnen. Hij reist via Zürich, Shanghai naar Noorwegen. In Shanghai zoekt hij zijn broer Robert op, die helemaal niet op hem lijkt te wachten. Onderweg ontmoet hij de vamp Lili die een bijzondere rol in het hele verhaal gaat spelen. Ze heet overigens niet toevallig Lili (en de cover van het boek zal er ook niet toevallig zo uitzien).

Zijn broer kan zich proberen te verwijderen, geografisch of psychisch, maar als hij omkijkt ziet hij altijd draden geschiedenis aan zijn hielen hangen

Wanneer Adam in Noorwegen aankomt begint er voor hem een moeilijke tijd. Op de cover staat: ‘Je leven is van jezelf, denk je. Tot je beseft dat het een val is. En jij zit erin.’

Adams seksuele begeerte was al vroeg gewekt door het boek Ik Jan Cremer dat hij achter in het boekenkastje van zijn moeder had gevonden. Zo kende hij de flipstand, al wist niemand hoe die ging.

ADAM is een vol boek, veel mensen, veel gebeurtenissen, terroristische aanslagen, veel vrouwen, veel seks, veel van alles. Het is een filmische roman. Maar het is zo geschreven dat je toch door blijft lezen omdat je wilt weten hoe het met Adam afloopt. En met zijn zoon, zijn grootvader, zijn moeder, met Lili en met … (veel dus).

Fragment

-Het spijt me als ik een beetje bot overkom, Adam, maar ik zal je ronduit zeggen, ik voel me niet op mijn gemak met jou in de buurt.
-Wat is er dan? Ik begrijp het niet.
-Je haalt slechte herinneringen bij me naar boven.
-Wat stoort je dan zo aan mij? vroeg Adam.
Hij had zelf helemaal geen slechte herinneringen aan Robert.
-Dit bijvoorbeeld.
-Wat?
-Dat je altijd met je stem over me heen walst, ik kan daar nog steeds niet tegen. Het haalt, ik weet het niet, iets razends in me naar boven.
-Maar wat dóé ik dan? Ik ben me nergens van bewust.
-Ik denk niet dat jij iets dóét.
-Wat dan? Ik weet het niet.
-Zodra jij je mond opendoet slaat in mij alles op slot. Het is net of ik weer tien jaar ben. Je bent het niet zelf. Het is je toon, die arrogantie van je, aanmatigend vind ik dat, je stelligheid, je drukt mij keer op keer weg.
Adam stond versteld, had geen idee dat zijn broertje zich zo aan hem ergerde.
-Heb je dat altijd gehad? Vroeger ook al?
-Ja.
Hij begon medelijden met Robert te krijgen.
-Ik kon niet lang bij je in de buurt zijn zonder dat het aanvoelde alsof ik stikte, ik moest van je weg.
Wat hij hoorde was hem volkomen vreemd. Wasemde hij soms kwaadaardige dampen uit?
-Wat doe je eigenlijk hier? Wat zoek je hier? Verberg je iets? vroeg Robert weer geïrriteerd.
-Ja, ik verberg iets.

Herman Koch en Wanda Reisel in vroeger tijden
Titel: ADAM
Schrijver: Wanda Reisel
Uitgever: Atlas Contact

Confettiregen – Splinter Chabot

Volgens Lily

Ik zag de familie Chabot wel eens op tv en dan dacht ik altijd: dat is het perfecte gezin. Veel liefde, creativiteit en samenhorigheid. Na het lezen van Confettiregen van Splinter Chabot, de derde zoon, is me één ding wel heel duidelijk geworden. De acceptatie van het wel of niet gay zijn, ligt niet alleen bij de ouders maar te meer bij de persoon in kwestie zelf. Zelfs bij de familie Chabot ging dat niet vlekkeloos.

Ze glimlachte, trots twinkelde in haar ogen. Opeens besefte ik dat ik bang was geweest, die paar seconden, die paar stappen die ik in haar richting liep, bang dat ik haar teleur zou stellen. Maar dat was ze niet. Gelukkig. Overduidelijk niet.

Splinter Chabot schrijft met Confettiregen een prachtig boek. Hij voert hoofdpersoon Wobie (anagram van David Bowie) op, maar je weet van het begin af aan dat het zijn eigen verhaal is. Een verhaal dat begint bij zijn jeugd op de lagere school, naar de periode op de middelbare school en naar de periode dat hij het huis uit gaat om te studeren in Amsterdam. Wobie heeft eigenlijk alleen maar vriendinnen. Vriendinnen die al heel snel door hebben hoe het zit met Wobie: hij is gay maar durft daar op de een of andere manier niet voor uit te komen. De gehele middelbare schooltijd heeft hij een crush op Daniël. Maar durft er niets mee te doen. En hoeveel zijn ouders ook een hand proberen uit te steken: Wobie kan alleen dan toegeven dat hij gay is als hij er zelf aan toe is.

Aan het voeteneinde lagen de cadeaus. Zoals altijd prachtig ingepakt – mijn moeder maakte daar serieus werk van. Alsof de pakjes onderling ook een feestje te vieren hadden.

Het boek is sterk omdat het het eigen verhaal van Splinter is en daar kan natuurlijk niets fout aan zijn. Aan het einde biggelde er een traantje over mijn wangen omdat je zijn strijd gewoon voelt. Het boek is nu niet direct mooi literair geschreven. Alles wordt uitgelegd en daar kreeg ik wel eens de kriebels van. Het had van mij ook wel wat korter gemogen. Dat kat-en-muisspel tussen Wobie en Daniël wordt zo enorm uitgekauwd. Maar goed, al met al is Confettiregen toch een dikke aanrader! Ik ben fan van de familie Chabot!

In zijn ogen zag ik dat hij nog niet ver genoeg was, en ik zoende hem niet. Zijn tijd moest nog komen. In zijn ogen zag ik dat in zijn hoofd nog geen confettiregen bestond. Zijn tijd moest nog komen.

Fragment

We zaten in het theater. Billy Elliot. Een kwetsbaar jongetje maar o zo sterk als hij danste. Ballet. Pirouetjes. Ondertussen werd er drank doorgegeven. Daniël keek me aan en gaf mij de fles. Het was cola met wodka, maar met weinig cola. ‘Hier,’ zei hij, ‘maar doe wel voorzichtig.’
Het werd nog donkerder in de zaal. Stiller. Alsof er niet meer geademd mocht worden. Op het podium was nog maar één lichtspot aan. Billy zat op een houten krukje. Zo alleen, omringd door duister, maar wel in het volle licht. Gevangen in de ogen van de mensen die hem zagen, terwijl hij eenzaam en alleen was. Het licht scheen van boven. Hij zat met één been over het andere en pakte een envelop. De brief van zijn moeder. Een mama die niet meer mama kon zijn in het leven. Geen warme kussen, op schoot zitten of samen films kijken voor Billy. Hij pakte de brief en las hem voor.
Heel langzaam voelde ik mijn ogen warm worden. Warm van de tranen. Overvol. Ik huilde, dat wist ik. Ik huilde. Dacht aan mijn brief voor mijn mama. De jongens naast me moesten ook slikken. Iedereen was even alleen. Iedereen was even alleen met zijn mama. De jongens naast me moesten ook slikken. Iedereen was even alleen. Iedereen was even alleen met zijn mama in zijn hoofd. En iedereen wilde een knuffel en kus. Iedereen wilde weer even kind zijn, verstoppertje spelen en gevonden worden, tikkertje spelen en tikker zijn, iedereen wilde vooruitgeduwd worden op een schommel. Heel even was Daniël naar voren geschoven. De tranen bleven niet langer in mijn ogen zitten, maar gleden Maximaliaans over mijn wangen. Daniël hing iets naar voren en draaide toen, zo rustig en wijs als een uil, zijn hoofd naar mij toe, Ik keek niet terug, maar hij wist dat ik hem zag. Ik slikte. Hij zag hoe de tranen van mijn kin vielen. In mijn schoot. Hij bleef even kijken en schoof toen weer langzaam naar achteren.

Splinter Chabot
Titel: Confettiregen
Schrijver: Splinter Chabot
Uitgever: Spectrum

Zomervacht – Jaap Robben

Volgens Lily

Ik laat wel eens een boek liggen, puur omdat de cover me niet aanspreekt. Bij Zomervacht van Jaap Robben was dat het geval. Toch kwam het boek op m’n pad toen ik het voor een leeskring moest voorbereiden. Hoewel ik de eerst helft van het boek dacht: waar gaat dit heen? Greep de tweede helft me aan en moest ik een brok wegslikken bij de laatste pagina’s.

Ik dacht dat we zomaar een stukje gingen rijden. Vliesjes hooi waaien ons tegemoet en komen door de open ramen onze pick-up binnen. Het is oogstseizoen, maar niet voor ons.

Met deze zinnen begint Zomervacht en de toon is direct gezet. Brian van dertien woont met zijn vader Maurice in een caravan in een obscuur buurtje ergens in Frankrijk. Maurice, die altijd om geld verlegen zit, ziet zijn verstandelijk en fysiek gehandicapte zoon Lucien van zestien als een geldboom, en haalt hem tijdens de verbouwing van de instelling waar Lucien woont (omdat hij daar een ruime vergoeding voor krijgt) in huis. In de caravan dus. Maar Maurice heeft geen tijd voor Lucien dus de verzorging komt op Brian neer. De ellende begint al als het speciale bed dat bezorgd wordt niet door de deur van de caravan past en dus maar buiten blijft staan. Brian vergeet Lucien zijn pillen te geven waardoor Lucien druk wordt en ineens veel meer blijkt te kunnen dan Brian van hem kent.

Luciens handen zijn als het grijpertje in de speelautomaat met knuffeltjes. Bijna altijd mis.

Robben vertelt het verhaal door de ogen van een dertienjarige, daardoor is het boek makkelijk leesbaar. Toch wordt het nergens kinderachtig; het taalgebruik is mooi. Het boek kent ontzettend veel metaforen en beeldspraak. Waardoor het luchtig blijft, terwijl het onderwerp schrijnend is. Je leest hoe liefdevol Brian zijn broer verzorgd. Eigenlijk voelt lezen van Zomervacht een beetje voyeuristisch: je krijgt een kijkje in een wereld die je nieuwsgierig maakt, maar waar je eigenlijk liever niet bent. Alles schuurt en wringt.

“Kijk”. Selma wijst naar haar gezicht. Ze heeft zich opgemaakt als een kind dat nog niet binnen de lijntjes kan kleuren.

In de instelling waar Lucien woont, woont ook Selma. Brian vindt Selma die al negentien jaar is, interessant, het is de eerste vrouw die hij van zo dichtbij mee maakt. Er ontstaat een ontluikende relatie waarvan je van het begin af aan voelt dat het niet goed af kan lopen.

Robben schreef met Zomervacht zijn tweede roman (na veel kinderboeken, poëzie e.d.). Zijn debuut Birk was al een groot succes (Nederlandse Boekhandelsprijs), maar ook Zomervacht werd goed ontvangen. De Engelse vertaling (Summer Brother) was zelfs genomineerd voor de Booker International Prize 2021.

Fragment

“Ik moet eventjes weg”. Met een speelgoedautootjes rij ik over zijn arm, hals en achter zijn oor langs door zijn zwarte haar naar zijn voorhoofd. Net zo lang tot hij hikt van het lachen. Lucien beweegt zijn wang steeds richting mijn hand omdat hij wil dat ik hem aai.
“Tot straks.” De deken drapeer ik over zijn enkels, zodat de spanband niet opvalt als pa onverwacht eerder dan ik thuiskomt. Ik voel nog een keer, er passen twee vingers langs elke voet.
“Drink maar extra veel.” Lucien sabbelt de fles vacuüm. “Nog een beetje?” Hij draait zijn mond van me weg. Zijn pols rukt aan de doorschijnende tiewrap waarmee ik hem voor de zekerheid heb vastgemaakt aan een gat in de pallet. Als je niet draait, doet het geen pijn. Ik heb een sok om zijn pols gewikkeld voordat ik de tiewrap eromheen deed. Ik ben echt heel snel weer terug. Zijn deur laat ik open, dan kan het een beetje doorwaaien. “Sorry”.

Titel: Zomervacht
Schrijver: Jaap Robben
Uitgever: Singel Uitgeverijen

Strijd en metamorfose van een vrouw – Édouard Louis

Volgens Lily

Ik weet nog zo goed dat ik Ze hebben mijn vader vermoord las. Een aanklacht tegen de politiek in Frankrijk door een homoseksuele jongen opgegroeid in een plaats in Noord-Frankrijk (Hallencourt) waar niemand naar om kijkt. Het is een boek waarin vooral zijn vader centraal staat. Het was natuurlijk wachten op het moment dat hij een boek zou schrijven over zijn moeder. En dat is Strijd en metamorfose van een vrouw geworden. Een klein boekje, want veel zaken uit het leven van het gezin Bellegueule waren al beschreven. Zowel moeder als zoon hebben overigens hun achternaam later veranderd, om het verleden af te kunnen schudden.

De eerste bladzijden van dit verhaal hadden als titel kunnen hebben: Gevecht van een zoon die geen zoon wilde worden.

Wat erg veel indruk op de maakte in Ze hebben m’n vader vermoord, was het feit dat Louis duidelijk probeert te maken dat politiek er alleen voor de welgestelden is om over te praten bij borrels en verjaardagen. Maar dat politiek voor de lagere klassen het verschil tussen leven en dood is. Zijn vader werd gedwongen om, ondanks dat hij bij zijn werk een dusdanige blessure had opgelopen dat werken eigenlijk niet meer ging, toch aan de bak moest. Met desastreuze gevolgen. Hij werd daar natuurlijk geen leukere man van. Zijn vrouw (moest het vaak ontgelden. Zij had een vreselijk leven met hem met veel huiselijk geweld.

Een ongeluk komt nooit alleen: in die context van armoede en spanning met mijn vader werd ze zwanger.

Louis probeert haar ervan te overtuigen dat ze bij haar man weg moet gaan, maar tot overmaat van ramp wordt ze weer zwanger (zelfs van een tweeling) en duurt het nog jaren voordat ze eindelijk de stap durft te nemen. Gezien vanuit haar zoon wordt dit mooi beschreven. Deze twee boeken horen gewoon bij elkaar. Ik ben fan van Édouard Louis en alles waar hij voor staat. Als homoseksuele jongere heeft hij het zijn hele leven niet makkelijk gehad, maar hij gebruikt zijn stem om mensen duidelijk te maken wat er mis is in dit politieke systeem. Onlangs in Buitenhof gaf hij nog zijn mening over de toeslagenaffaire in Nederland. Ook daar zijn het de de gewone werknemers, mensen zonder veel geld of connecties, die door de politiek volledig zijn geruïneerd. Dat is waar hij tegen vecht. En dat hem een held voor mij.

Doordat we naar elkaar toe groeiden is niet alleen haar toekomst veranderd, maar ook ons verleden.

Fragment

Ik vond dat ze moest opschieten. De paar keer dat ik haar sprak sinds ik uit het dorp was vertrokken, moedigde ik mijn moeder aan om weg te gaan bij mijn vader. Ik zei dat ze haar leven niet kon vergooien voor een man die haar ongelukkig maakte en vernederde. Ze antwoordde: ‘Ik ga het doen, ik wil het doen, maar nu kan het nog niet, het is te moeilijk met je broer en zus’. (Ik besefte niet dat het klopte, ik zag niet wat die moeilijkheden voor je inhielden.) Ik drong aan, bleef haar zeggen dat ze niet moest wachten, dat haar vrijheid geen uitstel dulde, en dat mijn broer en zus een zorg voor later waren en ze antwoordde: ‘Ja, binnenkort, wacht maar af, binnenkort’.
Toen ze me belde in die nacht waarin ze het uiteindelijk had gedaan, sloot ze haar verhaal af met een triomfantelijke, opschepperige stem: ‘Zie je, ik had toch gezegd dat ik het zou doen? Ik had het al gedaan met mijn eerste echtgenoot, ik kon het nog wel een keer doen. Ik wist dat ik het nog wel een keer kon doen’.
Onze verwijdering had ons dichter bij elkaar gebracht.

Titel: Strijd en metamorfose van een vrouw
Schrijver: Édouard Louis
Uitgever: De bezige bij
isbn: 9789403198507

Het bal der gekken – Victoria Mas

Volgens Lily

Wie wil er nu niet lezen over Het bal der gekken? Ik zag dit boek liggen in de boekhandel met de opmerking erop dat het de winnaar was van de Prix Renaudot 2019, en ik kocht het. Het bal der gekken is het debuut van de Française Victoria Mas. Zij studeerde literatuurwetenschappen aan de Sorbonne in Parijs en werkte in de filmwereld in de VS. De filmrechten van Het bal der gekken zijn reeds verkocht en het boek is al in 19 talen vertaald. Wat een debuut!

Op een dag kwam haar grootvader weer en sprak hij tegen haar, of liever gezegd, ze hoorde zijn stem in haar hoofd, want hun gezichten waren altijd uitdrukkingsloos en stil. Hij vertelde haar dat ze niet bang hoefde te zijn, dat ze haar geen kwaad wilden doen, dat ze meer te vrezen had van de levenden dan van de doden.

Het boek gaat o.a. over Eugénie, een 19-jarige dochter uit een bourgeoisiefamilie die de aanwezigheid van haar overleden grootvader voelt. En ook over Geneviève die al jaren als hoofdzuster werkt in Hôpital de la La Salpêtrière, het gesticht waar alle vrouwen die (volgens mannen) niet voldoen in de maatschappij worden opgeborgen. Het is 1885. De twee komen elkaar tegen en dat zal het begin zijn van vele veranderingen voor de twee vrouwen.

Iets kan bestaan zonder dat je erin hoeft te geloven. Ik geloofde niet in geesten en toch bestaan ze. Je kunt een geloof afwijzen, je ernaar voegen of het wantrouwen, maar je kunt het bestaan van iets wat recht voor je staat niet ontkennen.

In 1885 is heel Parijs in de ban van dokter Charcot en zijn openbare hypnosesessies. Het idee dat patiënten onder hypnose werden behandeld waarbij publiek mocht toekijken, is nu natuurlijk niet meer voor te stellen. En ook het feit dat er eens per jaar een bal is waar de ‘gekken’ dansten met nieuwsgierige Parijzenaren lijkt bizar. Het komt allemaal nogal ongeloofwaardig over. Maar dat is nu precies waar dit boek over gaat: geloofwaardigheid.

De eerste weken bleven alle blikken rusten op haar onwaarschijnlijke aanwezigheid in de slaapzaal. Ze was niet meer dezelfde vrouw. Iets in haar was zachter, rustiger geworden. Nu ze een gek tussen de gekken was, leek ze eindelijk normaal.

Het bal der gekken is een prachtig, ontroerend, uiterst origineel boek. Zeker een aanrader wanneer je weer eens iets anders dan anders wilt lezen/meemaken!

Fragment

Ze legt een hand op haar buik en vertrekt haar gezicht. Haar bruine, gewoonlijk zo gladde en goed gekamde haar is stoffig en vies geworden. Gisteravond heeft ze besloten de snee brood te eten die daar al sinds de ochtend onaangeroerd lag. Het was de eerste keer in vier dagen dat ze iets had gegeten. Toch weet ze dat ze niet moet verzwakken, dat ze al haar vermogens, geestelijk en lichamelijk, moet behouden om hier te overleven. Ze beseft dat ze het op eigen kracht moet volhouden, op een plek die je bij het eerste teken van zwakheid volkomen vernietigt. Ze ondervindt nog steeds de gevolgen van haar uitbarsting tijdens het medisch onderzoek. De afgelopen dagen wist ze niets beters te doen dan haar eenzame protest voort te zetten door al het aangeboden eten categorisch te weigeren. Het was sterker dan zijzelf. Tot nu toe heeft ze nooit geweten hoe het is om echt in opstand te komen. Ja, ze was het ten diepste oneens met haar vader. Als ze zag hoe mannen lachten om vrouwen, kookte ze in stilte van woede. Maar ze wist niet dat een emotie je lichaam en geest als een golf kon overspoelen tot je nog maar tot één ding in staat was: schreeuwen tegen de schaamteloosheid. Ze was diep verontwaardigd over de onrechtvaardigheid van de situatie. En al nam haar verontwaardiging niet af, ze voelde zich verkommeren. Zodra ze uit bed stapte begon haar hoofd te tollen, kreeg ze krampen in haar maag en werd ze misselijk van de honger. Ze kon het water uit de kruik die ze haar hadden gebracht maar nauwelijks verdragen. Ze bracht haar dagen door in het halfduister, de luiken van het raam waren gesloten maar de gaten in het hout lieten nog wat licht binnen in de kamer. Ze was woedend en uitgeput tegelijk.

Titel: Het bal der gekken
Schrijver: Victoria Mas
Uitgever: Spectrum
isbn: 9789000376865

Het beloofde leven – Femmetje de Wind

Volgens Lily

Op vakantie ging dit jaar ook mee Het beloofde leven van Femmetje de Wind. Het boek heeft als ondertitel Liefde onder voorwaarden. Het verhaal gaat over Sophie, een Amsterdamse meid, die tijdens haar werk Max tegenkomt. Max komt uit een orthodox Joodse familie. Ook de vader van Sophie – die ze jaren niet heeft gezien – is Joods. De moeder van Sophie heeft echter geen goed woord over voor fanatieke religies.

Mijn moeder schraapte haar keel. ‘Sophie denkt misschien dat ik tegen religie ben, maar dat is niet zo.’ Ze sprak alsof Max de rechter was die een oordeel moest vellen. ‘Ik wil dat graag rechtzetten. Ik ben alleen tegen fanatisme.’

Om met Max te kunnen trouwen moet Sophie Joods worden. Alleen een Joodse vader hebben is niet genoeg. Dus ze vertrekt naar een school in Jeruzalem om les te krijgen en Joods te worden. Daar begint het bij mij al te kriebelen. Uit het verhaal wordt me niet duidelijk hoe lang (of hoe kort) ze met Max samen is om dit te gaan doen voor hem en zijn familie. Ogenschijnlijk zonder enige tegenwerping laat ze alles achter zich om in Jeruzalem ‘klaargestoomd’ te worden om Max’ vrouw te kunnen worden.

Ik zet de vieze borden op een leeg stuk aanrecht zodat ik Efraiem, die de keuken is is gekropen, kan optillen.
‘Idioot!’ sist Ruth, die de borden meteen optilt en omhooghoudt alsof ze een drenkeling redt uit ijskoud water. ‘Dit zijn melkborden! Dat aanrecht is fleisich!’

En dan blijkt ze ook nog eens heel fanatiek te zijn. Zo erg dat ze, voor een opleiding waar normaal twee jaar voor staat binnen 8 maanden al klaar is om officieel Joods te worden. Beet Dien-dag breekt aan.

Ik, Sophie de Leeuw, word vandaag officieel Joods. Het extra stukje ziel dat iedere Jood bij geboorte krijgt, de nesjama, zit straks ook in mij. Niemand kan me hierna nog wat maken. (…) Maar waarom ben ik dan niet uitzinnig van vreugde? Wat mankeert mij?

Het boek krijgt (gelukkig) aan het eind een wending, want liefde onder voorwaarden is natuurlijk geen echte liefde. Ik denk dat dit boek aanspreekt als je zelf Joods bent (of wilt worden).

Fragment

We gaan nu beginnen met de les. Ik ben een vrouw van de klok, maar na de les wil ik dat je even blijft zitten.’ Ze liet mijn hand los en wees me een tafeltje vooraan naast Mila. Mila keek trots, alsof zij persoonlijk verantwoordelijk was voor het rekruteren van mij als proseliet.
Zelda sloeg een boek open en prevelde iets onverstaanbaars. Daarna vertelde ze ons over een stuk uit de
Torah, Metsorah. Hierin stond beschreven op welke manier en op welke tijden de vrouw onrein is en hoe wij ervoor moeten zorgen dat we anderen in die periode niet besmetten. Ik dacht aan het ei van vanmorgen. Ik vroeg me ineens af waarom bloed onrein was, maar ik durfde het niet te vragen.
Ik maakte aantekeningen in mijn gloednieuwe schrift dat ik in de Beethovenstraat had gekocht en dat rook naar de kantoorboekhandel. Mila kauwde op het achtereinde van haar potlood, haar wangen waren rood. Ze knipoogde naar me. Ze was blij dat ik er was. Ze had geen idee hoe blij ik was met haar.
‘Ook de stoel waarop een vrouw heeft gezeten die ongesteld is, is vierentwintig uur onrein.’ Zelda keek de klas rond. Een wat onpraktische regel, leek me, want dat zou betekenen dat mannen en vrouwen nooit op elkaars stoelen mochten zitten. Hier op de jeshiwe was alles gescheiden, maar hoe zat dat met een restaurant? En hoe ging dat thuis? Zou zij nooit op de stoel van haar man zitten? Ik keek om me heen. Was ik de enige die vragen had? Zou iedereen zich inhouden? Ik keek achterom? Een van de Filipijnse meisjes zat onderuitgezakt, haar armen gekruist, haar ogen gesloten.

Femmetje de Wind
Titel: Het beloofde leven
Schrijver: Femmetje de Wind
Uitgever: The House of Books
isbn: 9789044352108