
Volgens Lily
Soms kies je een boek uit omdat de cover er zo uitnodigend uitziet. Zo ging dat ook met Ik blijf hier van Marco Balzano. Ik had niet eerder van de schrijver gehoord. Wel een recensie gelezen over het boek. Waarvan de zin: “Nadat Mussolini in 1923 aan de macht is gekomen wordt de bevolking het gebruik van hun moedertaal ontzegd.” was blijven hangen.
Af en toe, als we alleen waren, barstte ik in huilen uit, en dan pakte ze mijn hand. Ik heb me nooit zozeer dochter gevoeld als toen jij ervandoor was gegaan.
Het verhaal speelt in het dorp Curon. Dit dorp heeft in de geschiedenis aan diverse landen toebehoord. Hoofdpersoon Trina groeit op in Curon, trouwt met Erich en maakt het allemaal mee. Zoals de Tweede Wereldoorlog. Net buiten het dorp wordt een dam aangelegd die het dorp uiteindelijk onder water zal zetten. Alleen de kerktoren is uiteindelijk nog zichtbaar (zie foto). Trina vertelt het hele verhaal aan haar dochter, die het dorp is ontvlucht. In onderstaand fragment komt dat goed naar voren. Zal zij haar ooit nog terug zien?
Erich antwoordde dat ik mijn mond moest houden toen ik hem zei dat God de hoop is van degenen die geen vinger willen uitsteken.
Toen ik het boek uit had, was ik verbaasd over het feit dat ik zo weinig van deze geschiedenis ken, terwijl het eigenlijk zo dichtbij is gebeurd. In het nawoord vertelt de schrijver hoe hij meerdere keren in Curon is geweest. Dit nawoord is een leuke toevoeging aan het boek. Op Netflix is er inmiddels ook een serie Curon, maar die heeft niets te maken met dit historische verhaal. Het boek is zeker een aanrader!
Fragment
Sinds hij weg was, voelde ik me verwilderd. Ook ik stonk naar stallucht en zweet en mijn handen waren eeltig. Ik verwaarloosde mezelf. Ik keek niet meer in de spiegel en ik had altijd dezelfde slobberige trui aan, een sjaal voor mijn neus en mond, en mijn haar met een stuk hout bijeengehouden.
Op zaterdag klopten de vrouwen met brieven van hun echtgenoot bij me aan en ik ging aan tafel zitten om ze aan hen voor te lezen. In werkelijkheid viel er niet veel te lezen, want de censuur schrapte zo’n beetje alles. Maar ze waren koppig, ze trokken me het papier uit handen en hielden het tegen het licht omdat je volgens hen zo de letters kon zien. Om te zorgen dat ze weer weggingen, verzon ik van alles. Ik zei dat het goed ging met hun man, dat ze iedere dag te eten kregen en dat ze niet al te veel bezig waren met vechten. Of dat ze niet wisten waar ze zich bevonden, maar dat het rantsoen heel behoorlijk was en dat ze binnenkort thuis zouden komen. Ik sloot af met allerlei onbenullige amoureuze zinnetjes, zodat de vrouwen helemaal opgefleurd naar huis teruggingen. Een van hen, Claudia, zette grote ogen op en riep uit: ‘Hij is me opeens romantisch geworden aan het front.’ En stomverbaasd ging ze naar huis. Om me te bedanken gaven de vrouwen me muntgeld, dat ik aannam en aan Ma gaf. Het deed me niets dat ik een goede daad had verricht.
Als iedereen weer weg was, gooide ik de ramen open om de muffe lucht te verdrijven. Ik ging op mijn stoel zitten en keek de kamer rond. Als ik zin kreeg om te schrijven, deed ik dat niet meer aan jou. Als ik je vader schreef, had ik het gevoel jou te verdringen.
