De zusterklokken – Lars Mytting

Volgens Lily

Jaren geleden las ik De vlamberken van Lars Mytting, een toen voor mij nog onbekende schrijver. Ik vond het een fantastisch boek. Inmiddels is Mytting een van de best verkopende schrijvers van Noorwegen. Vooral zijn boek De man en het hout doet het goed. Al zijn boeken hebben trouwens iets met hout te maken. Zo ook De zusterklokken, dat gaat over de sloop van een eeuwenoude (houten) staafkerk met legendarische zusterklokken die het (fictieve) dorp Butangen beschermen tegen overstromingen en ander gevaar. Het verhaal speelt in 1880 en gaat over de jonge boerendochter Astrid Hekne, een jonge dominee en een jonge architect.

Schweigaard wierp aarde op de kist en begon handen te schudden en afscheid van hen te nemen. Astrid maakte een reverence, alsof hij een vreemde was, en de begrafenisgasten vertrokken mompelend, ontevreden en onvoldaan. De dominee had de angel uit de dood gehaald, en het leven had angels nodig, anders was er geen verschil tussen vlieg en wesp.

De zusterklokken blijkt het eerste deel te zijn uit een trilogie. In een interview zegt Mytting dat hij het volgende boek meer in de moderne tijd laat spelen. Grappig is trouwens dat een van de figuren uit het boek Klara Mytting heet; zij is gebaseerd op zijn grootmoeder.

De instrumenten die altijd de moeder redden, nooit de kinderen.
Maar die keuze had ze al een hele poos geleden gemaakt, toen ze bij het Losnesvatn haar handen op haar buik had gelegd en zichzelf de vraag had gesteld: jullie of ik? en haar antwoord even krachtig was geweest als de klank van het brons.

In dit verhaal zijn de magische praktijken en mythes nog volop aanwezig, wat het tot een uniek boek maakt. Mytting die zelf opgroeide in het Gudbrandsdal waar De zusterklokken zich afspeelt heeft een mooi boek geschreven waar traditie en moderniteit met elkaar wedijveren. Wederom een voltreffer van Mytting en wederom een die om hout draait.

Fragment

Het vlammetje van de kaars flakkerde en doofde. De schapen blaatten een beetje maar bewogen zich nauwelijks, alsof ze zelf ook fabeldieren in ruste waren.
Warte,‘ zei Gerhard toen Astrid de kaars weer wilde aansteken. Strooilicht scheen door de wanden, en hij ging vlak bij het portaal staan, legde zijn hand erop en betastte het voorzichtig.
‘Het houtsnijwerk. Je moet het aanraken om het te begrijpen.
Gib mir die Hand.
Dat deed ze.
Spürst du die hier, nein, die hier? Voel je de schubben van de hagedis?’
‘Ja. Ik… ja. Ik voel ze.’
Und hier, Entschuldigung, neem me niet kwalijk… hierboven… een zeeslang. En hier… een draak. Voel je dit … een wolf?’
Het houtsnijwerk was afgesleten door het weer en de eeuwen, maar in het donker, onder haar vingers, waren de vormen scherp, duidelijk, nieuw. Ze liet hem haar hand over de oerkrachten voeren, haar vingers streelden de Fenriswolf en de raven van Odin, en Naglfar, het schip in het dodenrijk dat was gemaakt van de nagels van de overledenen, hij leidde haar hand over vlammen, over een hitte die al voorbij was of die nog moest komen, een strijd tussen licht en donker uit de tijd dat het licht van de duisternis werd gescheiden, hij spreidde zijn vingers en voelde haar warme hand onder de zijne en de harslag van de machten onder hun handen. Ze volgden de eindeloze slang in de duisternis, en de krachten trilden onder hun huid, ze drongen dieper naar binnen en verder naar buiten, in een eindeloze, magische zweefvlucht.

Boektrailer van De zusterklokken (in het Noors)
Titel: De zusterklokken
Schrijver: Lars Mytting
Uitgever: Atlas Contact
isbn: 9789025453954


Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s