
Volgens Lily
Raynor Winn en haar man Moth raken alles kwijt wat ze hebben, letterlijk huis en haard. En dan horen ze ook nog eens dat Moth doodziek is. Ze nemen een imulsief besluit: ze gaan de eeuwenoude South West Coast Path lopen, een tocht van duizend kilometer langs de zuidkust van Engeland.
Meer dan vierhonder kilometer pijn, uitputting, honger, wild kamperen en wild weer lagen achter ons. We konden in de bus stappen en wegrijden, terug naar de vertrouwdheid van Wales, om ons op de wachtlijst voor een sociale huurwoning te laten zetten en een goedkope camping voor de winter te zoeken. Moth hield mijn hand vast terwijl de deuren van de bus dichtgingen.
Wat dus begint als een bijna onmogelijke expeditie wordt een herontdekking van de kracht van de natuur en de ware betekenis van het leven. Ze hebben honger, regenen regelmatig zeiknat óf hebben het bloedheet. Slechts enkele tientallen pond per maand te besteden, kortom een fikse uitdaging.
‘Moth, Moth, het water, het komt eraan.
We propten de zware spullen in onze rugzakken, schoten onze schoenen aan, rukten de haringen los en pakten de tent in zijn geheel op, met onze slaapzakken en kleren en nog in, zodat het grondzeil doorzakte tot op het strand. Als een reusachtige groene krab holden we het strand over naar wat gisteravond een smal stroompje had geleken met zoet water dat naar de zee liep, maar nu een geul van een meter diep was vol zeewater dat in de richting van het klif stroomde.
Het zoutpad is een werkelijk prachtig verhaal geworden, dat ik heb gelezen met de iPad voor me om met Google Maps de foto’s te bekijken waar ze op dat moment waren. Zo beleefde ik hun avontuur nog intenser en was ik zelf ook een beetje op reis. En hoewel de ontberingen vreselijk zijn, kan ik me goed voorstellen dat je bij het lezen van Het zoutpad zin krijgt om alles achter je te laten en zo’n avontuur aan te gaan met je geliefde. En daarom leest het boek ook zo lekker.
Raynor Winn, een dakloze vrouw van middelbare leeftijd als ze het pad gaat lopen, blijkt meer in haar mars te hebben dat ze zelf denkt: ze loopt (samen met man Moth) het hele pad uit en de aantekeningen die ze hierbij maakt blijken later een prachtig boek te worden die voor velen een inspiratie is. Gaat dit boek lezen! Hoe het Raynor en Moth verging nadat ze weer terug waren in de bewoonde wereld kun je lezen in het vervolg: De wilde stilte.
Fragment
Het pad werd vlakker en kronkelde langzaam naar Portheras Cove. Onze kleren droogden in de wind terwijl we een beekje naar het strand volgden. Een bordercollie holde voorbij, springend van steen naar steen, gevolgd door een kleine vrouw met zulk lang grijsblond haar dat het zelfs in een vlecht nog tot over haar middel viel.
‘Hallo, wandelen jullie het pad? Waar gaan jullie naartoe?
‘Land’s End, of misschien nog verder.’
‘Niet zo ver meer dus. Waar zijn jullie begonnen? Kamperen jullie?’
‘In Minehead, en ja, we hebben het grootste deel van de route wildgekampeerd.’
‘Dat kan ik zien; jullie hebben het over je.’
‘Het?’
‘Het heeft jullie aangeraakt, jullie stralen het uit: jullie hebben de hand van de natuur gevoeld. Dat raak je nooit meer kwijt; jullie zijn gezouten. Ik ben hier dertig jaar geleden gekomen en nooit meer weggegaan. Ik zwem elke dag en ik wandel veel met de hond. Mensen vechten tegen de elementen, tegen het weer, zeker hier, maar als het je heeft aangeraakt, als je het toelaat, zul je nooit meer hetzelfde zijn. Veel geluk, waar het pad jullie ook brengt.’ Ze liep achter de hond aan en verdween moeiteloos over de landtong.
‘Is deze kust soms het land van zieners en profeten? Het lijkt wel of ze overal opduiken.’
‘Gezouten. Dat vind ik mooi. Op smaak gebracht, geconserveerd, net als de bramen.’

